Skip to main content

Bartimeüs een van de twaalf kroongetuigen van het evangelie

Demonen nu!

Vraag

Hoe herken je in deze tijd een bezetene en heb je wel eens een bezeten mens ontmoet?
Er zou in de tijd van Jezus' omwandeling op aarde een toename zijn van demonen?
Maakt satan nu ook nog gebruik van deze/ zulke demonen? Zo ja, hoe dan?
Uit de les begreep ik dat we niet aan psychiatrische ziektebeelden moeten denken, maar mensen als werktuigen van satan wellicht?
Zelf heb ik (vroeger) een poosje in de psychiatrie gewerkt, vaak werd wel een link gelegd met "bezetenen uit de tijd dat Jezus zijn werk op aarde deed". Maar misschien niet terecht?

ANTWOORD

De merkbare (!) aanwezigheid van vele demonen rond Jezus heeft zeker te maken met de onrust en vrees die ontstonden in het rijk van de demonen toen hun Overwinnaar en Uitroeier verscheen.

In veel gevallen zijn demonen voor ons vandaag onmerkbaar (!) en onzichtbaar aanwezig. De apostel Paulus`schrijft in Efeziërs 6 dat wij de geestelijke wapenrusting moeten aandoen omdat we met onzichtbare machten in de lucht hebben te maken:

11 Trek de wapenrusting van God aan om stand te kunnen houden tegen de listen van de duivel. 12 Onze strijd is niet gericht tegen mensen maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen.

We weten met zekerheid dat de duivel overal daar is waar de haat tegen God en tegen de medemens wordt uitgedragen. Het is niet altijd duidelijk in hoeverre mensen daarbij slechts een werktuig zijn (het vloeken door een dementerende christen) of daarbij werkelijk gedreven worden door een boze geest aan wie zij zich hebben overgegeven (een bewuste propagandist van het ongeloof of een antichristelijke `godsdienst’ die de Zoon loochent).

Uit de evangeliën en ook uit de brieven leren we dat ziekten en aanvallen door boze geesten in elkaars verlengde kunnen liggen en dat het overgeven aan de satan ook tot ziekte kan leiden. Al zijn we op dit punt als geblinddoekte mensen, we weten genoeg om in ons gebed niet te volstaan met `de lichamelijke kant’ maar ook te bidden tegen de boze geesten die ons – hoe dan ook – belagen in deze tijd. Er is m.i. geen reden om dit specifiek te beperken tot wat wij vandaag `psychische ziekten’ noemen.