Skip to main content

Nicodemus een van de twaalf kroongetuigen van het evangelie

Nicodemus: onderwijs van het koninkrijk

 Verwerkingsblad voor groepsbespreking

Ga vanuit de bijbel naar het thema toe: lees Matteüs 7,13-29

Een lied om te zingen:

Laat me in U blijven, groeien, bloeien,
O Heiland die de wijnstok zijt!
Uw kracht moet in mij overvloeien,
of ‘k ben een wis verderf gewijd.
Doorstroom, beziel en zegen mij,
opdat ik waarlijk vruchtbaar zij!

Ik kan mijzelf geen wasdom geven:
niets kan ik zonder U, o Heer!
In uw gemeenschap kiemt er leven
en levensvolheid meer en meer!
Uw Geest moet in mij uitgestort,
de rank die U ontvalt, verdort.

                               Liedboek voor de kerken (1973) lied 78:1,2

 

Het thema kun je bespreken aan de hand van de volgende punten:

1. Hierboven zie je het bekende beeld van Christus in Rio de Janeiro, hoog boven de mensen op een berg verheven en met zegenende handen. Het onderwijs van onze Heiland was ook hoog verheven boven de mensen door het gezag waarmee Hij sprak. Dit was voor de Joden die niet in Hem geloofden een ergernis. Zijn volgelingen leerden dat gezag echter erkennen als een echte zegen voor de mensen. Leg eens uit waarom die reacties zo tegengesteld waren.

2. Tijdens zijn leven op aarde werd Jezus aangesproken als Rabbi of Leraar. Tegenwoordig hoor je niet vaak meer dat mensen Hem `Leraar’ noemen. Hoe zou dat te verklaren zijn? En wat vind je ervan?

3. In zijn eerste brief schrijft onze apostel Johannes veel over de liefde tot God en tot onze naaste. Die liefde heeft Jezus Christus ons voorgeleefd en opgedragen: dat is zijn `gebod’ (1 Joh.2,7-11; 3,23; 4,21). Toch schrijft Johannes ook in het meervoud over de `geboden’ van onze Heiland (1 Joh.2,3-4; 3,22) en hij waarschuwt voor wereldgelijkvormigheid (2,15-17), voor de leugenaar en antichrist (2,18-23), voor afgoderij (5,21).
A. Leg uit waarom het onderwijs van onze Heiland kan worden samengevat in het woord liefde.
B. Uit wat Johannes schrijft blijkt dat het éne woord liefde niet de samenvatting is van heel Jezus' onderwijs: hoe kan dat?
 

 

4. Het onderwijs van onze Heiland wijst ons de weg naar het hemelrijk. De weg van geloof en genade. Paulus is een voorbeeld bij uitstek van die genade (1 Tim.1,16). Voor veel mensen zijn dit mooiere woorden dan het woord `wet’. Toch zegt Paulus dat hij leeft `onder de wet van Christus’ (1 Kor.9,21). Wat zou hij daarmee bedoelen? 

5. In de Bijbelstudie is de Bergrede (Matteüs 5-7) behandeld: de Grondwet van het hemelrijk. Heeft dit Bijbelgedeelte in jouw dagelijks leven ook een bijzondere plaats? Op welke manier? Of waarom eigenlijk niet?

6. ,,Het is niet zo belangrijk wat je van Christus gelooft en of je naar een kerk gaat, als je maar zijn lessen van zachtmoedigheid en liefde navolgt op aarde’’. Wat zou je reactie zijn, wanneer iemand dat tegen je zegt?

 

In één woord!

Aan het eind van de bespreking kan ieder eerst voor zichzelf op een blaadje het woord schrijven dat het beste samenvat wat je uit deze Bijbelles meeneemt voor jezelf. Schrijf daarna de woorden die ieder koos op een groter blad papier. Kijk of je daar samen een kernwoord uit kunt kiezen dat door meer of door iedereen wordt herkend.

Je kunt het meest herkende woord op een vaantje schrijven met de kleur van deze drie Bijbellessen (blauw). Op den duur krijg je een slinger met twaalf vaantjes in vier kleuren: het snoer dat je groepsavonden verbindt.

 

Samen danken met David en Tomas

Sluit af met gezamenlijk gebed (kan ook gezongen):

(Jezus zei tegen Tomas: Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij)

Heer wijs mij toch zelf de wegen,
waar mijn voeten veilig gaan;
maak mijn hart ertoe genegen,
die blijmoedig in te slaan.
God mijns heils, naar Wie ik smacht,
wil mij in uw waarheid leiden,
leer mij, daar ik dag en nacht
U gelovig blijf verbeiden.

(Psalm 25:2)